/0/3271/coverbig.jpg?v=afc2e2b241b0b39eaa4de6e77f0f812e)
Het was reeds lang duister; in de straten der stad Brugge heerschte eene volledige stilte.
Dakerlia, gansch in rouwgewaad, zat voor eene tafel in haren Steen. Bij de smokige vlam der koperen lamp loste haar bleek gelaat zonderling op haar zwart kleedsel uit. Van tijd tot tijd rolden er nog eenige tranen op hare wangen; want ondanks de pogingen h